KIK Productions

voorstellingen

Je kunt op me rekenen

Interview

Je kunt op me rekenen © Serge-Henri Valcke
  • Gijs Scholten van Aschat
Gwen: Wivineke van Groningen
Ireen: Lieneke Le Roux
Til: Margo Dames

met medewerking van: Gijs Scholten van Aschat en Nyncke Beekhuyzen

tekst: Theo Nijland
regie: Mette Bouhuijs
techniek: Maarten Verheggen

foto: Serge-Henri Valcke
vormgeving poster/flyer: Paulien Schutten

met dank aan: Nienke Algra, Bert Kuizenga Media Producties; camera Michiel Couvée, De Hallen Studio's en Thomas Verbogt
toneel 2018-2019

Hoor je hoe ze dit nu zegt? Dat is de toon van de voorstelling

Maria Goos
Wivineke van Groningen (Soldaat van Oranje, Zadelpijn), Lieneke Le Roux (Broos, Powervrouwen) en Margo Dames (Judas, Harrie en Eva met Jon van Eerd) zijn momenteel te zien in de vileine komedie Je kunt op me rekenen. Met dit toneelstuk ging de lang gekoesterde wens van de drie actrices om weer eens samen te werken, in vervulling. Zij bedachten het verhaal en vroegen scenarist, zanger en componist Theo Nijland het toneelstuk te schrijven. Hij wist eerder de prestigieuze Groenman-taalprijs te bemachtigen. Met regisseur Mette Bouhuijs ten slotte was het plaatje compleet. De dames werkten al vele malen samen en kunnen lezen en schrijven met elkaar.

Op de dag van hun vaders crematie krijgen Gwen en Til bezoek van een onbekende vrouw, Ireen. De laatste confronteert de twee zussen met een emotionele videoboodschap van hun vader (Gijs Scholten van Aschat), met wie ze bij leven nauwelijks contact hadden. Wat volgt is een komedie op leven en dood, waarin smakelijke ingrediënten als zusterliefde, principes, schone schijn, hebzucht, goede bedoelingen, schade, schande en een beetje wijsheid elkaar in hoog tempo opvolgen.

Voorafgaand aan de tournee sprak toneelschrijver Maria Goos met actrice Wivineke van Groningen en schrijver Theo Nijland.


De titel van het stuk is: Je kunt op me rekenen. De ondertitel is Een komedie op leven en dood.
THEO: ‘Ja. Leven en dood horen nu eenmaal bij elkaar en in dit geval zeker, want het stuk gaat over een vader die een videoboodschap heeft ingesproken voor zijn dochters. Als die dochters daar naar kijken, dan is dat op de dag van zijn crematie.’

Die dochters hadden geen contact met hun vader?
THEO: ‘Kijk, de bedding voor deze komedie is eigenlijk een groot drama. De voorgeschiedenis is die van een moeder van twee jonge meisjes die ziek wordt en een lang ziekbed krijgt. De vader kan dat niet aan en maakt daardoor in zijn bedrijf grote fouten met enorme gevolgen. Als het stuk begint, zijn deze twee dochters volwassen vrouwen die nou niet bepaald terugkijken op een fijne jeugd.’

WIVINEKE: ‘Temeer, omdat de vader op een gegeven moment gewoon naar Costa Rica is vertrokken. Ze weten nauwelijks waar hij zit en hebben al jaren geen contact meer met hem. Dan is er ook nog een trauma bij één van de dochters die denkt dat haar moeder is gestorven door haar schuld.’

Tot nu toe klinkt het eerder als een Griekse tragedie dan als een komedie.
THEO: ‘Ja, dat is leuk hè? Geen drama zonder humor en geen humor zonder drama.’

Kun je zeggen waar de humor om de hoek komt kijken?
WIVINEKE: ‘Twee vrouwen die elkaar op scherpe wijze de maat nemen, is altijd leuk.’

Twee vrouwen? Het waren er toch drie?
WIVINEKE: ‘Ja. Nou...ja, we kunnen niet al te veel vertellen, maar het stuk begint op de dag van de crematie en daar duikt iemand op van wie de twee zussen geen idee hadden dat ze bestond. En die laat dan de videoboodschap van de vader zien, gespeeld door Gijs Scholten van Aschat.’

Als we daar zijn aangeland, hoe lang is het stuk dan bezig?
WIVINEKE: ‘Een paar minuten! Het stuk heeft een flink tempo.’

Wat voor mensen krijgen we te zien?
WIVINEKE: ‘Margo speelt Til, een lesbische vrouw uit Groningen die een hondenopvang heeft en helemaal onder de hondenharen zit. Ik speel Gwen; een wethouder van een kleine gemeente die zichzelf omschrijft als een oplossingsgerichte bruggenbouwster, maar die in de praktijk een verschrikkelijk narcistisch, egoïstisch kreng is. Héél erg leuk om te spelen. Deze twee zussen zijn ontzettend direct tegen elkaar, ze laten soms geen spaan van elkaar heel, maar als de derde vrouw, Ireen, komt, sluiten ze ook meteen de gelederen en vormen ze een clubje. Ze zijn familiair onbeschoft tegen elkaar, maar ook erg solidair.’

THEO: ‘Ireen raakt erg gefascineerd door hoe de zussen met elkaar omgaan. Zonder dat ze daar nu op uit is, ontregelt ze de symbiotische relatie tussen Til en Margo.’

Waren jullie meteen enthousiast toen jullie het stuk gingen lezen?
WIVINEKE: ‘Meteen.’

THEO: ‘Ik dacht: dat wordt herschrijven, maar nee hoor.’

WIVINEKE: ‘Het is een echte Nijland. Een vileine komedie met heel erg grappige, spitse dialogen.’

THEO: ‘En alles op een lekker tempo.’

WIVINEKE: ‘En fijn grillig.’

THEO: ‘Ja. Want ik wil ook graag dat de mensen ineens geraakt worden. Dat zit er ook in.’

Hoe ben je op dit verhaal gekomen, Theo?
THEO: ‘Door de drie actrices. Voordat ik ging schrijven, waren zij al een aantal keer bij elkaar geweest en hadden ze iets bedacht. Dus ik kreeg een aantal gegevens mee. De karakters en de situatie kreeg ik in mijn schoot geworpen.’

Vond je dat moeilijk?
THEO: ‘Helemaal niet. Ik hou van reagerend schrijven. Vind ik een uitdaging.’

WIVINEKE: ‘Dat is zeker een uitdaging voor Theo, want meneer Nijland is nogal een eigengereid persoon.’

THEO: ‘Ja. Dat is zo. Is gewoon waar. Het viel mij van mezelf ook alles mee dat ik zo fijn kon werken aan een idee van iemand anders. Ik heb tijdens het schrijven behoorlijk zitten lachen. Dan zullen andere mensen het ook wel leuk vinden. Ik zal toch niet zó’n afwijkende vorm van humor hebben?’

WIVINEKE: ‘Ik heb me in die veertig jaar dat ik speel er nog nooit zo op verheugd om te gaan repeteren. Ik heb eerder met Lieneke en Margo gespeeld, dat was altijd een feest. En ook met de regisseur Mette Bouhuijs. We kennen elkaar. Vanaf dag één is er een hele open fijne sfeer, waardoor je makkelijk iets tegen elkaar kunt zeggen.’

THEO: ‘Als de grappen maar over elkaar heen blijven buitelen.’

WIVINEKE: ‘Dat gebeurt ook zeker, maar niet alleen dat. Daar doe je je eigen stuk onrecht mee aan, Theo. Het is in het middengedeelte ook verstild en dan gebeurt er even niets. Dan heeft iedereen zich teruggetrokken en dat is niet alleen maar leuk.’

THEO: ‘Nou ja, dat is wel zo. Maar dat durf ik niet te zeggen, want dan komt er niemand. Ik ben componist, ik denk in dynamiek. Zo schrijf ik ook. Die majeure dynamiek is belangrijk voor dit stuk, waarin inderdaad ook heus wel zachte momenten zitten.’

WIVINEKE: ‘Ik vond het mooi en ook tragisch dat die zussen zo vast zitten in een manier van met elkaar omgaan die nietsontziend is. Dat zie je natuurlijk vaker in families. Dat mensen, juist omdat ze familie van elkaar zijn, denken elkaar gezellig te kunnen afslachten.’

THEO: ‘Ja. Dat is erg. Maar ik moet er ook om lachen.’

WIVINEKE: ‘En daarom hebben we je gevraagd om dit te schrijven, Theo.’

Is dit het begin van een mooie samenwerking tussen schrijver en spelers?
WIVINEKE: ‘Dat zou zomaar eens kunnen, meneer Nijland.’

THEO: ‘Dat zou best wel kunnen. Hoewel ik natuurlijk ook wel een eigen leven heb.’

WIVINEKE: ‘Dat stelt toch niet zoveel voor?’

THEO: ‘Hoor je hoe ze dit nu zegt? Dat is de toon van de voorstelling.’

WIVINEKE: ‘En daarom hebben we er zo’n zin in. Begrijp je dat?’

Ik begrijp het volkomen.


Je kunt op me rekenen is tot en met zaterdag 25 mei te zien. Kaarten zijn verkrijgbaar bij de kassa of op de website van het theater. De speellijst vind je hier.